Spannendverhaaltje.nl

14. Mira: Tocht

-
21-08-2010
14. Mira: Tocht
De Baas keek haar verrast na en glimlacht licht. Hij had dit niet verwacht.
In ieder geval niet op dit moment……
Hij draaide zich om en liep de gang uit, richting de zaal………..

Mira viel na haar sprong in de afvalput slechts 3 à 4 meter en werd toen zacht opgevangen door een groot net dat verend haar val remde. Ze wentelde over het net naar het diepste punt van het net en zag vlak bij de rode ogen van een rat. Ze gilde haar longen uit haar lijf en probeerde wat naar boven te kruipen. Dat lukte pas toen haar hoofd wat meer naar boven wees en haar voeten houvast hadden gevonden in de mazen van het net. Ze voelde zich gedesoriënteerd en vroeg zich af of dit de hel kon zijn, de echte hel of een nieuwe beproeving die de Baas voor haar voorbereid had. Eigenlijk begreep ze wel dat dit net er lang gehangen moest hebben, ook voelbaar aan de enorme vette rotzooi die er aan kleefde!
Ze dacht aan de keren dat ze har sanitaire emmer en ander in de afvalput gekieperd had en een rilling van afschuw trok door haar heen.
Door het ganglicht dat de afvalput in scheen kon ze toen haar ogen gewend waren aan het halfduister wel wat onderscheiden en ze besloot op onderzoek uit te gaan.
Ze liet zich voorzichtig zakken naar het laagste punt van het net en keek naar beneden. Ze zag een zanderige ondergrond, in het midden bedekt met een laag afval, Door het midden liep door de laag afval een klein stroompje water. Ze kon er met haar net niet bij. Door het afval schuifelden een paar kleine ratten, die haar regelmatig met hun rode ogen aankeken. Ze rilde weer, zowel van de koude tocht die langs haar streek, als van afschuw. Ze keek naar de ruimte onder haar en zag dat het stroompje water onder een ruime gemetselde boog vandaan kwam en aan de andere kant onder net zo’n gemetselde boog de ruimte verliet. In de twee bogen hadden ooit ijzeren staven gezeten die de doorgang voor een mens onmogelijk maakten, maar deze aren nu volkomen verroest en grotendeels verdwenen.
De kant waar het water hen liep leek iets lichter te zijn, dan de ruimte achter de boog waar het water vandaan kwam. Zou het water uitmonden in de openlicht? Of zo iets?
Mira wist het niet, maar het leek haar een goede mogelijkheid om aan de Baas te ontsnappen, het proberen waard!
Ze klom naar de zijkant van het net om te onderzoeken of ze ergens door het net kon komen. Mogelijk was aan de zijkant een opening en kon ze daar door heen klimmen en zich zo op de grond van de afvalput laten zakken.
Ze kwam bij de muur uit en zag dat het net met stevige stalen ringen in de muur verankerd was. Boven die ringen was het metselwerk gerepareerd, waardoor het cement zich lichter aftekende tegen de dieprode stenen. Onder het net was veel cement tussen de stenen verdwenen en zag het metselwerk er veel minder stevig uit. In ieder geval was naar boven klimmen hiermee uitgesloten. Ze moest een weg door het net heen vinden, anders zou ze hier van honger en dorst omkomen!
Ze klom zijwaarts langs de muur en kwam op een punt waar twee muren loodrecht op elkaar stonden. Er was een kleine opening in de hoek, echter veel te klein om haar er door te laten. Ze bewoog zich verder langs het hoogste punt van het net en langs de muur en zag dat alle bevestigingspunten stevig in de muur zaten. Geen ruimte om beneden te komen! Ze kwam bij de tweede hoek. Ook geen ruimte om naar beneden te klauteren. Bij de derde hoek was dat anders. De ruimte in de hoek leek hier wat groter, maar leek ook te klein om haar een weg naar beneden te bieden. Ze klauterde naar de vierde hoek. Hier was de ruimte eerder kleiner dan groter. Geen oplossing dus. Ze klom voorzichtig verder tot het punt dat ze als eerste onderzocht had. Nergens was een ring in de muur stuk, losgelaten of was het net er niet goed aan vastgemaakt. Ze bekeek de manier waarop het net aan de ringen was vastgemaakt. Ze merkte nu dat het net gemaakt was van dikke strengen oranje nylon, veel te dik en te stevig om, bijvoorbeeld, door te bijten. De nylon strengen eindigden n een dikke lus die door het oog liep. De lus was met een metalen strip vast gekneld. Onmogelijk om zonder stevig gereedschap los te krijgen. Met een goed mes zou het nylon zeker doorgesneden kunnen worden, maar ook dat zou niet zo’n eenvoudige taak zijn en best wat tijd kosten. Helaas had ze geen mes en geen gereedschap. En helaas ook geen kleding, want de koude tocht verkilde haar tot op het bot!
Ze bewoog zich naar de derde hoek, waar de ruimte in de hoek wat groter had geleken.
Toen ze daar aankwam probeerde ze een been in het gat te krijgen. Een tweede been er bij ging alleen als ze eerst op haar rug ging liggen. Ze voelde dat het net op deze plek verrassend schoon was omdat het niet recht onder de stortplaats lag. En geluk bij een ongeluk!
Ze drukte zich op haar rug liggend op, waardoor haar benen tot aan de knieholte door het gat konden zakken. Ze drukte haar bovenlichaam naar boven en wrikte zich verder door het gat, tot aan haar billen. Toen die daar aangekomen waren leken het even of ze knel zat.
Ze zette haar tanden op elkaar en liet haar volle gewicht er op rusten. Ze voelden haar blote billen en buik langs het net en de bakstenen schuren en even later was ze er door. Ze zakte wat naar beneden, totdat haar borsten op de rand van het net rustte. Op die plek werd haar borstkas breder, waardoor een nieuw en tevens het laatste ‘knelpunt’ zich voordeed.
Haar benen hingen in de vrije ruimte onder het net, haar rug tegen de muur. Ze kon alleen met haar handen aan het net trekken om zich naar beneden te werken.
Wat het harde net en de bakstenen met haar vel zouden doen kon ze alleen maar raden….
Ze zette zich schrap en trok met alle macht aan het net. Ze keek naar beneden en zag dat de ringen door haar tepels nu de rand van het net bereikt hadden. Haar borsten bolden boven en onder het harde over de rand van het een kabelnet er omheen. Hoe trots ze ook was geweest op haar stevige en fier vooruit staande borsten, die vormden nu een hinderpaal! Als ze zich verder naar beneden trok, zou het goed kunnen dat de ringen klem kwamen te zitten en haar tepels eraf zouden trekken! Ze kon echter niet tegelijk zich naar beneden trekken en haar borsten beschermen. Wat nu?
Ze legde een hand op hoor borst en duwde hem, haar tepel beschermend, onder het net. Dat ging makkelijk en ze deed dat ook met haar andere borst. Toen pakte ze met beide handen het net weer vast en probeerde zich verder door het net te trekken. Echter in deze houding kon ze onvoldoende kracht zetten en ze kwam geen millimeter verder!
Inmiddels was ze zo koud geworden dat ze constant rilde, al was het haar niet helemaal duidelijk of dat alleen door de koude kwam, of ook daar de spanning.
Ze keek door het net naar beneden en zag haar voeten vrij in de lucht bengelen. De ongemakkelijke houding belemmerde haar ademhaling. Haar borstkas zat tot net boven haar borsten klem in het gat en haar armen moest ze nu eigen naar boven streken om verder te kunnen. Maar als ze haar armen strekte, kon ze geen kracht meer zetten. Ze strekte haar armen tastte naar de muur om te ziet of daar mogelijk een uitstekende rand waas waar ze zich tegen kon afzetten. Op deze plek ging het cement naadloos over in de bakstenen en was helemaal glad. Plotseling dacht ze aan de lange lijn, die nog steeds aan haar halsband geklikt zat. Kon ze die lijn maar losmaken, dat kon nog va pas komen, maar ze wist dat ze de sluiting niet los kon krijgen. Ze perste de lijn langs haar borstkas naar beneden. Ze wilde wel voorkomen dat als ze door het gat zakte, ze zich alsnog zou ophangen als de lijn toevallig ergens aan vast bleef zitten! Ze grijnsde wat scheef bij die gedachte…..
Ze keek weer naar beneden en probeerde haar voeten in het net te haken. Ze kromde haar tenen en boog haar benen. Er kwam nu een flinke kracht te staan op haar schouders, die nu het breedste punt vormden. Plotseling schoot ze er door. Ze voelde dat haar linker arm pijnlijk langs de rand van het net schaafde. Ze kon nog net de rand van het net vastpakken en voorkwam zo dat ze gewoon vlak langs de muur naar beneden viel, wie weet waarop! Ze klauterde snel langs het net naar beneden. En even later kon ze de laag afval met haar voeten voelen. Ze zakte nog een stukje en belandde op de bodem van de put. De laag afval was hier heel dun, eigenlijk meer vuile modder dan afval. Ze keek om zich heen en zag een rat weglopen. Ze oriënteerde zich en vond de poort waaronder het water wegstroomde, een onbekende duisternis in! Helemaal donker was het niet en van de plek waar ze nu stond kon ze zien dat de gang waardoor het water stroomde een flauwe bocht maakte. Wat er zich achter de bocht bevond was natuurlijk niet te zien, maar ze zag wek heel duidelijk de muur afsteken tegen een lichtere achtergrond. Er was dus wel degelijk licht daar! De kleur van het licht was te gelig voor daglicht, een lamp dus.
Ze liep naar de poort toe en voelde voordat ze een voet neerzette eerst voorzichtig of zich geen scherpe voorwerpen in de afvallaag aanwezig waren. Een wond aan haar voet was nu wel het laatste waar ze behoeft aan had!
Bij de boogpoort aangekomen, stapte ze extra voorzichtig over de restanten van de ijzeren staven heen. Ze stond nu in de zanderige gang waardoor het waterstroompje verder vloeide.
De muren bogen zich boven haar hoofd naar elkaar toe en vormden zo een egale boog. Ze stapte voorzichtig langs het water verder en keek intussen goed om zich heen om te ontdekken of er ergens een luik of een andere opening aanwezig was. Ze vermoedde dat dit koude water ergens opgepompt werd en naar haar douche in de zaal geleid werd!
Toen ze bij de bocht in de gang aangekomen was zag ze dat een flink eind verder, zeker 150 meter of meer, een kaal peertje midden in de gang hing. De gang liep tot net voor de plek waar het lampje hing door, en weken dan uiteen. Toen ze dichterbij kwam zag ze dat aan de linkerkant er enkele treden naar boven voeren. Aan de rechterkant liep de muur gewoon verder, om te eindigen bij een muur. In die muur was ook weer een ronde poort gemetseld, waardoor het waterloopje z’n weg vervolgde. In deze poort waren ook ooit ijzeren staven geplaatst die de voortgang voor mensen onmogelijk gemaakt moeten hebben. Ook deze staven waren op dit moment totaal verroest en voor het grootste deel verdwenen.
Echter, iemand had tegen de opening van de poort een stevig uitziend rooster van glanzende stalen buizen of staven aangebracht, die de poort afdoende afsloot.
Mira liep voorzichtig door het koude stroompje naar de treden links van haar. De treden liepen zo ver omhoog, dat ze niet kon zien wat er zich boven haar bevond. Ze liep de treden op, totdat ze kon zien wat er zich boven haar bevond. Toen het zo ver was kon ze een kreet van teleurstelling niet onderdrukken. Ze zag dat zich een gewelfd plafond over een bijna ronde ruimte verhief. De gemetselde muren van dieprode bakstenen zagen er stevig uit.
In de achterwand was een grote boogpoort aanwezig, afgesloten door een glanzend hekwerk met in het midden een kleien deur, ook gemaakt van dezelfde staven en afgesloten met een stevige ketting met een hangslot. Geen uitweg!
Ze klom de laatste treden op en liep naar het stalen hekwerk. Ze rammelde aan de glanzende staven, alleen om te ontdekken dat er geen beweging in zat!
Ze liep naar de deur en testte of de ketting ruimte gaf om er langs te glippen. Dat bleek onmogelijk. Als ze aan de deur trok, ontstond er een kier van 20 cm, niet meer en veel te weinig zich daardoor te wringen! Ze keek naar de muur boven de poort en zag een kleine opening met daarboven een uitstekende houten balk. Zou dat een uitweg bieden?
Ze klom langs het hekwerk naar boven, zo hoog ze kon. Ze was nog te laag om bij de opening te kunnen komen. Wat nu? Ze zuchtte en keek naar beneden. Daar zag ze de lange lijn bengelen en kreeg een idee. Ze trok de lijn in en knoopte een lus aan het einde van de lijn. Ze zwaaide de lijn in de rondte en probeerde de lus over de uitstekende balk te werpen. Na enige keren proberen, voelde ze dat haar koude armen en benen dit niet lang meer zouden kunnen volhouden en ze probeerde opnieuw de lus over de balk te werpen. Ze had nu meer geluk, de lus viel keurig over het uiteinde van de balk!
Ze probeerde langs de lijn naar boven te klimmen. De lijn was echter zo dun, dat ze begreep dat ze één kans kreeg, daarna zouden haar verkleumde handen werkelijk het laatste restje kracht kwijt zijn!
Ze bewoog haar vingers van beiden handen om de beurt om het bloed aan het stromen te krijgen en op die manier meer kracht in haar handen te krijgen. Ze steunde, want haar voeten stonden al zeker 10 minuten op een dwarsbalkje van het raamwerk en gingen intussen ook zeer doen. Ze besloot het er op te wagen en keek naar boven. Eén ding was zeker, als ze viel zou ze zich alsnog ophangen!
Ze klom nog een stapje hoger. Haar voeten zaten nu bijna op de bovenste dwarsbalk van het raamwerk. Als ze nog een stapje hoger deed, zou ze zich moeten vasthouden aan de lange lijn. Ze makte die stap en hielt zich stevig vast aan de dunne lijn, die pijnlijk in haar handen sneed. Ze zag dat ongeveer 50 cm zou moeten klimmem om de onderrand van de opening te bereiken, maar zeker 1,2 meter om de balk boven de opening te bereiken. Een heel eind!
Ze haalde diep adem en begon te klimmem. Handstrekken, lijn om hand wikkelen, aan gaan hangen, met de andere hand zo hoog mogelijk reiken, lijn om hand wikkelen en zo door.
Toen ze 50 cm geklommen had, was ze bijna de kracht in haar handen kwijt. Doordat de dunnen lijn de botjes van haar hand samen drukte als ze zich ophees, deden haar handen ook flink zeer. Ze was echter niet van plan daar nu aandacht aan te schenken en trok zich aan de rand van de opening op. Ze kon nu de opening inkijken. Het was daar echter zo donker dat ze niet ver kon zien. Ze keek naar boven. Nog een klein stukje klimmen en ze zou hoog genoeg zij om zich voorover in het gat te werken. Ze zette de tanden op elkaar en klom verder, de pijn verbijtend en denkend aan haar snelle dood als ze nu zou vallen….
Even later kon ze haar been optrekken en haar knie laten rusten op de rand van de opening. Ze rustte even en schoof toen verder de opening in. Het lukte haar met een voet de lijn los te krijgen van de balk boven de opening en ze was veilig.
Ze kroop op haar buik de gang in, die niet hoger was dan 60 cm. Hoog genoeg om goed te kunnen kruipen.
Na enkele meters was het totaal donker om haar heen. Ze kroop verder en voelde plotseling dat ze over iets van hout kroop. Even later bewoog het houten vloerdeel onder haar en begreep dat dit en valluik was. Ze viel in het aarde donker ongeveer een meter en belandde op iets zachts. Ze slaakte een zachte kreet en ging rechtop zitten.
Op dat moment ging een lamp aan en keek ze in het grijnzende gezicht van de Baas! Ze slaakte een kreet van afschuw, wilde zich omdraaien en weg lopen. De Baas pakte snel de lange lijn en trok haar terug.
“Een geweldige prestatie. Ik ben onder de indruk van je doorzettingsvermogen.
Ik stond klaar om je uit het net te vissen en ik wist niet dat het je zou lukken door dat kleine pokken gat te kruipen. Van af het moment dat je door de gang van de beek aan kwam lopen heb ik je gevolgd met de camera. Die zag jij niet, want ik had het power lampje losgedraaid.
Je klimpartij naar de opening boven de deur sloeg werkelijk alles.
Kom! Het is tijd om je schoon te malen, je stinkt als een beerput. En ik vrees dat je een flink aantal kleine wondjes opgelopen heb. Kom nu, je bent ijskoud, ook daar moet wat aan gebeuren!”

Als verdoofd staat Mira op en laat zich meevoeren door een aantal gangen en trapjes op.
Ze kwamen uit bij een half ingestorte muur. Ze bukten zich en stapten door een lage en nauwe opening de strafkamer in.
“Verrassing!”, zei de Baas en leidde haar door de gang naar de grote zaal.
De Baas liet de lijn los en wees naar de douche.
“Warm water vandaag, je boft!”
Hij glimlacht licht en liep naar de keuken. Mira ging onder de douche staan en draaide de kraan open. Heerlijk warm water stroomde over haar heen en verwarmde haar aangenaam. Toen ze naar beneden keek zag ze dat niet alleen het vuil van haar lichaam stroomde, maar ook dat er bloed meegevoerd werd. Ze bekeek haar lichaam en zag talloze kleine schaafwondjes. Op haar linker arm had ze een flinke wond, die traag bloedde. Haar linker arm was nu zwart/rood gestreept door het vuil en het bloed. Plotseling voelde ze een enorme moeheid bezit nemen van haar lijf en ze ging in de douchestraal op de grond zitten. Ze snikte zachtjes en boog het hoofd…..
Ze valt in slaap en merkt niet dat de Baas haar verder wast. Als hij daarmee klaar is tilt hij haar op brengt haar naar de keuken. Op de keukentafel igt een dikke badhanddoek, waar hij haar voorzichtig op legt.
Met een tweede handdoek wrijft hij haar voorzichtig droog, de talloze schaafwonden dept hij voorzicht, waarna een mengeling van water en bloed op de handdoek komt.
Als hij met het afdrogen klaar is, pakt hij uit zijn blauwe beauty case de spuitbus met de wondafdekker en spuit een dun laagje op de ontvelde plekken.
De kleine wond aan haar arm bloed nog steeds. Hij pakt een zwaluwstaartje en plaatst dat handig, de wondranden zijn nu naar elkaar gebracht. Hij ontsmet de wond met een geel poeder en spuit daarna wondafdekker op het geheel.
Mira kreunt zacht en wil zich omdraaien. De Baas vangt haar op voordat ze van de tafel af rolt en draagt haar naar haar nis. Hij klikt de stalen kabel vast aan haar halsband, klikt de vuile lange lijn los van haar halsband en loopt met de lange lijn in de hand weg. Mira wordt eventjes wakker, ziet de Baas weglopen en merkt dat de schaafwondjes en de wond aan haar arm behandeld zijn. Ze voelt een lichte verbazing, maar valt in slaap, overmand door vermoeidheid na alle ervaringen van die lange dag!
Aantal keer gelezen:
367
Beoordeel dit verhaal:
(10 beoordelingen)